Ambities
Wonen en stedelijke ontwikkeling | Begroting 2022 primitief | Begroting 2022 na wijziging | Rekening 2022 | Verschil | |
---|---|---|---|---|---|
Lasten | |||||
Goede werklocaties en voorzieningen | 86,5 | 142,2 | 177,5 | -35,3 | N |
Gevarieerd woningaanbod | 11,6 | 11,7 | 12,3 | -0,6 | N |
98,1 | 153,8 | 189,7 | -35,9 | N | |
Baten | |||||
Goede werklocaties en voorzieningen | 76,5 | 139,2 | 77,1 | 62,1 | N |
Gevarieerd woningaanbod | 7,5 | 8,2 | 6,6 | 1,6 | N |
84,0 | 147,4 | 83,7 | 63,7 | N | |
Totaal per programma | 14,0 | 6,4 | 106,1 | -99,6 | N |
Verschil = Begroting na wijziging -/- Rekening (V=voordeel; N=nadeel) |
Totaal programma
Aan het programma Wonen en Stedelijke ontwikkeling geven we per saldo € 99,6 miljoen uit. Het grootste deel hiervan gaat naar de ambitie Goede werklocaties en voorzieningen met het doel: we verbeteren de ruimtelijke kwaliteit van onze stad door nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen te ondersteunen dan wel zelf te initiëren en te (laten) realiseren om zo de ambities uit de Omgevingsvisie te kunnen realiseren.
Lastenzijde
Ten opzichte van de dynamische begroting is er € 35,9 miljoen (23 %) meer uitgegeven.
Batenzijde
Ten opzichte van de dynamische begroting is er € 63,7 miljoen (43 %) minder aan baten gerealiseerd.
Omgevingswet
Het verschil laat zich voor een klein deel verklaren door het uitstellen van invoering van de Omgevingswet. Totaal begroot aan implementatiekosten € 0,8 miljoen terwijl er € 0,4 miljoen is besteed.
De kosten van het uitgevoerde werkplan door de ODRN zijn € 0,2 miljoen hoger uitgevallen dan begroot.
Vergunningverlening
Het verschil laat zich voor € 1,6 miljoen verklaren door het achterblijven van de legesinkomsten op de raming. Ook in 2021 bleven de leges achter op de raming. Voor de Stadsbegroting 2024-2027 zullen we extra gaan aandacht schenken aan de gehanteerde tarieven in onze legesverordening in combinatie met de regelgeving in het kader van de kostendekkendheid.
De kosten van het uitgevoerde werkplan door de ODRN zijn € 0,5 miljoen hoger uitgevallen dan begroot.
Commissie Beeldkwaliteit
Voor de commissie beeldkwaliteit is € 0,2 miljoen meer uitgegeven dan begroot. Zowel bij de 1e als bij de 2e voortgangsmonitor hebben wij aangegeven dat door de ontwikkelingen in de stad meer inzet nodig was voor de commissie beeldkwaliteit.
Grondexploitaties
Voor het onderdeel grondexploitaties geldt dat een groot aantal effecten het uiteindelijke resultaat beïnvloedt. Het gaat hierbij om stijgende (bouw)kosten, hypotheekrente, dalende opbrengstverwachtingen, krapte op de arbeidsmarkt. Slechts op hoofdlijnen kunnen de belangrijkste effecten toegelicht worden. Een uitgebreid inzicht in alle financiële effecten staat opgenomen in de Voortgangsrapportage Grote Projecten, dat begin 2023 aan uw raad is aangeboden.
In totaal is het financiële effect van het taakveld Grondbeleid € 97,5 miljoen nadelig.
Dit effect bestaat uit de volgende onderdelen:
- toevoeging aan voorzieningen, met name bij Waalsprong, Winkelsteeg/Kanaalzone zuid, Onderwijshuisvesting, Waalfront en Stationsgebied. Het totale nadelige effect is € 92,4 miljoen. Ruim € 35 miljoen heeft betrekking op de herziening zoals die jaarlijks plaatsvindt. Bijna € 26 miljoen voor de aanpassing Winkelsteeg kan nog niet in deze stadsrekening worden verwerkt omdat het nieuwe plannen betreft die nog niet door de Raad zijn vastgesteld. Daarnaast is er nog ruim € 31 miljoen aan de voorzieningen toegevoegd als gevolg van een aanpassing van de rekenparameter opbrengstenstijging. Deze is neerwaarts bijgesteld.
- De winstuitkering Bijsterhuizen ad € 4 miljoen is wel ontvangen, maar op taakveld Treasury verantwoord. Nadelig effect is € 4 miljoen.
- Op de uitvoeringskosten is een tekort ontstaan van € 1,3 miljoen. Er zijn minder plankosten aan de planexploitaties toegerekend dan verwacht. Nadelig effect is € 1,3 miljoen.
- De afgesloten projecten Dobbelmannweg, Molendweg Aldi en Van Schuijlenburgweg zijn iets positiever dan verwacht, effect € 0,3 miljoen positief.
In de totale portefeuille van het grondbeleid is een lager realisatietempo waarneembaar bij de binnenstedelijke ontwikkelingen en de Waalsprong dan geraamd. Oorzaken hiervoor liggen bij de complexiteit van de projecten, vereiste doorlooptijden bij bestemmingsplanwijzigingen en het voldoen aan overige wet- en regelgeving. De huidige macro economische omstandigheden hebben grote impact op de project. Het gaat dan om stijgende (bouw)kosten, hypotheekrente, dalende opbrengstverwachtingen, krapte op de arbeidsmarkt.
Dit alles heeft negatieve invloed op de parameters kostenstijging en opbrengstenstijging.
Dit heeft een negatief effect op het resultaat en het risico. Het financieel resultaat is verslechterd en het risicoprofiel is gestegen. De uitgifte van kavels woningbouw is historisch laag.
Het verschil tussen de primitieve begroting en de dynamische begroting is hierboven toegelicht bij het onderdeel Begrotingswijzigingen.